In de loop der jaren zijn tal van wijnstijlen gepromoot als het ideaal voor alle gelegenheden. Eerder begon het met de mousserende parelwijnen en later kwam Mateus Rose. Vroeger werden witte wijnen bij van alles en nog wat gedronken. Hoewel het zeker waar is dat witte wijnen over het algemeen een breder scala aan voedsel en klimatologische omstandigheden zullen aanvullen dan rode wijnen, is het evenzeer waar dat in bepaalde situaties sommige wijnen beter werken dan andere.
Een licht aromatische Rijn Riesling kan op zichzelf bijvoorbeeld een zeer aantrekkelijke drank zijn, maar kan bijna smakeloos worden wanneer hij wordt gedwongen om een zwaar gekruid gerecht te confronteren. Evenzo kan een van de nieuwe soorten op hout gerijpte witte wijnen een geweldige combinatie zijn met een gerecht zoals kalfsvlees in een pittige saus of pasta, waarbij de reinigende samentrekking van de eik kan helpen om de rijkdom van het gerecht te verminderen. Maar alleen geserveerd of met een delicaat zeevoedsel, kan het de smaakpapillen overweldigen en je gehemelte laten schreeuwen om iets zachters.
Rose, die veel verguisde wijn, is nog steeds dichter dan bijna elke andere wijnstijl bij de drank voor alle seizoenen. Licht gekoeld geserveerd, kan het een heel scala aan smaken omvatten, van vis tot gevogelte, ham tot licht gekruide oosterse gerechten.
Anders is de basisregel: probeer het eten te complimenteren met je wijn, en laat de een de ander niet domineren.
Natuurlijke serveervolgorde van wijn
Er is een logische volgorde van voortgang tijdens een maaltijd en ook voor het serveren van wijnen. Zij zijn:
• Wit voor rood
• Jong voor oud
• Droog voor zoet
Veel zal afhangen van het eten en de gelegenheid. Dingen kunnen lastiger worden als het gaat om verschillende variëteiten van vergelijkbare leeftijd. Maar hier kan het eten de beslissing gemakkelijker nemen. Als u ze echter niet eerst samen kunt proeven, is de beste gids waarschijnlijk de kleur – serveer eerst de lichtere gekleurde wijnen.
In witte wijnen zijn de lichtere wijnen meestal de frissere, meer aromatische stijlen, terwijl die met een diepere tint voller zullen zijn. Hetzelfde basisprincipe is ook van toepassing op rode wijnen, waarbij wijnen met een lagere dichtheid lichter van smaak zijn en meestal iets zachter in de afdronk. Naarmate wijnen ouder worden, wordt het moeilijker om deze techniek te gebruiken, maar voor de meeste huidige commerciële wijnen biedt het een eenvoudige en gemakkelijk te onthouden gids.